Blog #2: ‘Bellen’

Op de hoek van Rusland en de Kloveniersburgwal is de deur te vinden van André de Boer, een rasechte Amsterdammer. Een smalle trap leidt me draaiend omhoog, ik kan amper mijn voeten op de traptreden kwijt.

Met een geblokte blouse en stoppelbaard staat hij me op te wachten. ‘Kom binnen.’ Hij glimlacht met helderblauwe ogen en schudt mij de hand. Hij gaat me voor naar de voorkamer, met hoge schuiframen en uitzicht op de gracht.

‘Kijk,’ zegt hij wijzend het plafond,’ ik heb nieuwe platen erop gemaakt en nu moet ik het nog mooi wit maken.’
‘Goed gedaan zeg! Lekker bezig.’
‘Ja, ik moet bezig blijven. Ik heb het af en toe zo moeilijk.’ Hij zwijgt even en zijn helblauwe ogen lijken vochtig. ’Hier, ik moet alweer extra betalen voor gas en licht, terwijl ik allang bij een andere provider zit. Ik snap het niet, het lukt me ook niet meer om te bellen, ik kan het niet meer, ik word hier zo moe van.’

Hij geeft mij de papieren van een incassobureau. Ik zoek een plekje op de rode hoekbank die vol ligt met klusspullen, speelgoedbeesten en twee slapende katten. De aanmaning is fors: meer dan 800 euro moet hij betalen en dat voor iemand die al maandelijks zijn schulden aflost. ‘Ik heb een terugval gehad, ik was zo boos op mezelf.’

‘Wat is er gebeurd?’
‘Ik zag het niet meer zitten, doe ik zo mijn best en dan komt er weer zo’n aanmaning… Ik heb al zoveel schulden. Ik ben naar de kroeg gegaan, ben dronken geworden en daardoor kon ik de coke niet meer weerstaan. Ik ben de hele nacht doorgegaan, heb nog een chick mee naar huis genomen, maar ook weer weggestuurd. Ik voel me zo eenzaam. Ik haat mezelf.’ Zijn stem breekt en hij pakt hij de lapjeskat op schoot. ‘Mijn ouders heb ik ook al vijf jaar niet gezien. Ik schaam me dood voor mezelf.’

‘Vijf jaar? Dat is lang! Waar wonen je ouders?’
‘Ze wonen hier om de hoek op de Nieuwmarkt, daar ben ik opgegroeid, boven café ‘Het Loosje.’
‘Zo dichtbij? Weet je zeker dat ze je niet meer willen zien?’
‘Anders hadden ze me toch wel gebeld?’

Hij wijst naar de aanmaning, die ik op mijn schoot heb liggen. ‘Kan je daar wat aan doen?’
Ik pak mijn werktelefoon en ga aan de slag. De Nuon, wachtmuziekje, uitleg, Liander, wachtmuziekje, uitleg, Nuon weer, doorverbinden, uitleg en tenslotte bel ik het incassobureau. Na ongeveer een half uur bellen, alles minstens drie keer uitleggen is het probleem opgelost. Het heeft een voordeel dat ik bel vanuit Mentrum: een herkenbare naam, een instelling, als een grote broer waardoor ik meer voor elkaar krijg dan hij als individu. Het is ook een voordeel dat het mijn werk is om de boel op orde te krijgen, ik heb de rust, het overzicht en het geduld.

Er blijkt een afmelding bij Liander niet door te zijn gegeven, daardoor liepen de rekeningen van zijn oude provider door.
‘Het is in orde, je hoeft niks meer te betalen.’
‘Echt waar?’ Zijn schouders zakken naar beneden. ’Dank je….’

Ik kijk naar André, robuust als een eik, geknakt door heftige stormen. Zijn probleem met de provider is opgelost, nu nog het andere.
‘Zal ik anders proberen om contact te leggen met je ouders?!’

Wordt vervolgd…

In verband met privacy is de naam, en zijn sommige situaties in deze blog, gefingeerd.