''Verschillende werelden bij elkaar brengen, is echt een drijfveer voor mij''
Functie: GZ-psycholoog & senior onderzoeker bij forensisch jeugdteam van Inforsa
Bijzonderheid: Onderzoek gedaan naar en gepromoveerd op ‘Inzet van vrijwilligers in de forensische zorg’
Jij hebt bij Inforsa wetenschappelijk onderzoek gedaan om uiteindelijk de zorg weer verder te kunnen verbeteren. Waar ging dat over?
“Ik heb onderzoek gedaan naar de inzet van een maatje voor cliënten in de forensisch ambulante zorg. Een maatje, of een vrijwilliger, is een ‘aardige Amsterdammer’ die is aangesloten bij De Regenboog Groep . Dat is een externe organisatie in Amsterdam waar Inforsa mee samenwerkt en die veel ervaring heeft met de doelgroep.
Vrijwilligers worden gekoppeld aan een cliënt voor een leuk gesprek en om samen gezellig dingen te gaan doen. Op die manier komen cliënten ook in aanraking met mensen met een heel andere maatschappelijke achtergrond dan zijzelf, die bovendien geen professioneel behandelaar zijn. Mensen die zij anders niet snel zouden zijn tegengekomen in hun leven.”
En hoe wordt de kennis uit dit onderzoek vervolgens in de praktijk gebruikt?
“Het onderzoek waarop ik ben gepromoveerd, wordt voortgezet dankzij een subsidie van het KFZ, Kwaliteit Forensische Zorg, die we hebben gekregen. Daarnaast wordt het project bij De Regenboog Groep en Inforsa nog altijd voortgezet. De kennis wordt dus nog steeds gedeeld en dat is heel mooi. Behandelaren bij Inforsa kunnen cliënten die dat zelf ook willen hiervoor aanmelden, en dan wordt een vrijwilliger gezocht die bij deze cliënt past. De jongeren en volwassenen die in zorg zijn bij Inforsa hebben vaak langdurende problemen op meerdere gebieden, waardoor zij op jonge leeftijd al in aanraking zijn gekomen met instanties en behandelaren. Dat kunnen problemen zijn met verslaving, psychische problemen, het meemaken van trauma of ingrijpende gebeurtenissen. Maar ook wonen, werk en financiën kunnen problemen opleveren in combinatie met delictgedrag of risicovol gedrag. Omdat wij niet zelden de zoveelste instelling zijn waar ze mee te maken krijgen, kan iemand zonder behandeldoelen die naast de cliënt kan gaan staan zorgen voor laagdrempelig en gelijkwaardig menselijk contact. En dat kan heel waardevol zijn.
Binnen Inforsa zorgen we er dus samen met De Regenboog Groep voor dat de opgedane kennis uit dit onderzoek in de praktijk ook wordt gebruikt. In het algemeen kun je zeggen dat implementatie na onderzoek altijd blijvend aandacht nodig heeft, zowel financieel, om het uit te kunnen blijven voeren, als in de praktijk op de werkvloer.”
Ja, want hoe integreer je dat onderzoek vervolgens in je dagelijks werk?
“Na mijn promotieonderzoek naar de inzet van vrijwilligers in de forensische zorg besteed ik nog steeds één dag in de week aan onderzoek bij Inforsa en het Amsterdam UMC. Er zijn een aantal collega-behandelaren bij Inforsa die zich ook met onderzoek bezighouden, maar de wetenschap moet je ook echt wel liggen en interesseren. Veel behandelaren zijn meer praktijkgericht en verdiepen of ontwikkelen zich in hun vak door het volgen van trainingen en cursussen op het gebied van behandelmethodieken en therapievormen. Ik richt me graag op onderzoek als middel om te zorg aan te vullen en te verbeteren, en om meer samen te werken aan grote vraagstukken. Voor GZ-psychologen is het niet zo vanzelfsprekend om naast je werk onderzoek te kunnen doen, dus ik ben blij dat ik bij Inforsa die kans krijg!”
In hoeverre werk jij samen in teams?
“Als onderzoeker kun je je volop focussen op jouw eigen thema en werk je samen met collega-onderzoekers in een projectgroep. Het betekent ook dat je veel zelfstandigheid en regie hebt om te bepalen wat je doet. Wel ben ik verbonden aan een onderzoeksafdeling binnen Arkin, en aan een afdeling binnen het Amsterdam UMC, waar mijn onderzoek wordt uitgevoerd. Als GZ-psycholoog werk ik samen binnen een multidisciplinair behandelteam. In het team overleggen we natuurlijk veel, leren we van elkaar en zetten we al onze kennis en ervaring in voor de best mogelijke behandeling van de cliënt.”
Kan onderzoek ook bijdragen aan vernieuwing in de zorg?
“Zeker! In mijn geval onderzoek ik of een vrijwilliger een aanvulling is op onze zorg, maar andersom zien we ook dat het iets bijdraagt aan de levens van de vrijwilligers. Ook zij komen in aanraking met mensen met wie ze voorheen nooit te maken hadden. Een vernieuwing en een verrijking die dus twee kanten op kan werken. Aan de andere kant kun je je ook afvragen of het daadwerkelijk vernieuwing is of juist terug naar vroeger, haha. Vroeger was het immers normaler om naar elkaar om te kijken. Mensen zijn drukker en individualistischer geworden. Dat is ook echt een maatschappelijk probleem, waar de ggz ook geen oplossing voor heeft. Het verschil proberen te maken door verschillende werelden in ieder geval bij elkaar te brengen, is dan ook echt een drijfveer voor mij.”
Wat vind jij het belangrijkste in je werk?
“Samen als team de zorg verder ontwikkelen en vormgeven, is iets wat ik zoek in mijn werk. Momenteel doen we dit binnen Inforsa met een jong forensisch team en dat is superleuk. Bij Inforsa krijgen we de ruimte om samen beter te worden in bijvoorbeeld een bepaalde methodiek. Maar ook om na te denken over de zorg die je levert. Voor mij zit kwaliteit van zorg in hoe ik samenwerk met collega’s, cliënten, hun naasten en de zorgketen, en in hoeverre er ruimte binnen de organisatie is om te ontwikkelen. Soms lukt dat niet door de onvermijdelijke productie- en administratiedruk, maar daar zal ik wel altijd naar streven!”